Saturday, November 25, 2017

Een Iraanse parlementariër: Meer dan 1.000 mensen zijn omgekomen, de mensen lijden honger en hebben geen tent




• AFP Nieuwsagentschap: De meeste aan de mensen verstrekte hulp kwam van particulieren
• Obstructie bij de distributie van particuliere hulp en diefstal door de repressieve strijdkrachten
Opmerkingen van de parlementariër van Kermanshah, Ahmad Safari, 72 uur na de aardbeving zijn een klip en klare bekentenis van het feit dat het enige wat de corrupte en criminele leiders van het regime totaal koud laat het lijden van de mensen is. Woensdag 15 november verklaarde Safari na een bezoek aan Sarepol-e-Zahab, Qasr Shirin en Salas Babajani: "Dit is de Dag van het Herstel. Meer dan 1.000 mensen zijn omgekomen ... Ik ging naar een dorp waar ze me vertelden dat ze op de eerste dag 20 mensen begraven hadden. Deze mensen zijn niet meegeteld in het dodencijfer. In één enkele straat in Sarepol-e-Zahab werden 70 mensen gedood. Meer dan 250 mensen stierven in de sociale Mehr-woonwijk.
.... Na 72 uur hebben de mensen honger. Er komt naar sommige dorpen geen enkele hulp, zo heeft het dorp “Gholmeh Zahab” een bevolking van 80 huishoudens en hulp heeft hen nog steeds niet bereikt. Dat geldt eveneens voor het dorp Beyamah Oliya. Slechts zowat 10% van de dorpen heeft tenten gekregen. Er zijn dorpen waar 90 procent van de bevolking gevlucht is. De nationale radio en TV behandelt dit alles alsof alles in orde is "(ILNA-nieuwsagentschap).
Onder dergelijke omstandigheden verklaarde de minister van binnenlandse zaken onder Rouhani, Rahmani Fazli: "Een van onze prioriteiten was veiligheid en orde. In termen van  organisatie, distributie en vindingrijkheid was de geboden hulp echter niet adequaat. De elektriciteit was uitgevallen, net als de watervoorziening en het gas, waardoor bijvoorbeeld de bakkerijen geen brood konden bakken. "(Radio Farhang, 15 november).
Deze bekentenissen maken deel uit van de catastrofe, waarbij het regime de voornaamste rol speelt bij diens uitbreiding en verlenging. De omvang van de ramp is veel groter. Een jonge vrouw vertelde dat er 75 lijken in haar dorp begraven werden. Een jongen vertelt over de dood van ouders, broers en zussen, oom en tante, grootmoeder en neef ... Alle 34 feestvierders waren dood. 9 Personen van een 10-koppig gezin zijn omgekomen. Een groot aantal gewonden zijn in aanwezigheid van hun verwanten gestorven ten gevolge van de miserabele staat van de ziekenhuizen en het gebrek aan bloed- of serumvoorraden aldaar. Anderen zijn gestorven door de nachtelijke koude, waaronder drie jonge kinderen en een vrouw. “Overlevenden in Iran gingen de straat op om te protesteren tegen het gebrek aan onderdak en voedsel,” meldde het persbureau Reuters op 13 november in een bericht over de toestand van de door de aardbeving getroffen bevolking in West-Iran. De Iraanse regimefunctionarissen hebben de reddingsoperatie beëindigd onder het voorwendsel dat het niet langer mogelijk was mensen (levend) aan te treffen. De mensen blijven het moeilijk hebben om voedsel, water en onderdak te scoren. Maryam Ahang, die 10 familieleden in Sarpol-e-Zahab verloor, vertelde Reuters huilend aan de telefoon: "We lijden honger. We leven in de kou, we zijn dakloos, we worden alleen gelaten in deze wereld ... we hebben twee nachten in de kou doorgebracht. Waar blijven de donaties? ... Sommige mensen zijn kwaad om de verwoesting van hun huis dat gebouwd was met het sociale Mehr-huisvestingsplan. "
Tegelijk hebben de repressieve strijdkrachten de komst van particuliere hulp naar Sarpol-e-Zahab tegengehouden, en de hulpgoederen van de vrachtwagens en auto’s geladen en in beslag genomen. Op de uitvalsweg van Divandareh hebben ze vrachtwagens, beladen met tenten, tegengehouden en deze tenten gestolen onder het voorwendsel dat de hulp door de Rode Halvemaan zou verdeeld worden ... Op de weg van Kermanshah naar Sarpol-e-Zahab stalen de agenten van het regime ca. 2000 tenten en dekens.
Als het regime de particuliere hulpgoederen niet zou stelen en de distributie ervan niet zou hinderen, dan zou het probleem van de aardbeving al opgelost zijn. "In landelijke gebieden, 10 kilometer ten noorden van Sarpol-e-Zahab, waar het AFP-team (Agence France Press) langs kwam, kwam het grootste deel van de afgelopen woensdag uitgedeelde hulpgoederen van particuliere personen," meldde het persbureau.
De officiële regerings-Entekhab-site schreef op 15 november: "Meer dan duizend ontheemden moesten de straat op gaan om daar zonder dak boven hun hoofd te overnachten en ze hebben nog steeds geen provisorische tent gekregen ... Hulp komt wel de door de aardbeving getroffen plaatsen binnen, maar het is onduidelijk wat er dan mee gebeurt ... Er zijn nog steeds plaatsen waar 90% van de huizen verwoest is en geen enkele functionaris op bezoek geweest is, en waar de mensen gedwongen zijn de nacht met hun kinderen op vochtige landbouwgrond door te brengen."
“De tent, dekens en vrees voor de koude zijn de steeds weer terugkerende verhalen in de door de aardbeving getroffen gebieden. De meeste mensen kijken in eerste instantie uit naar de uitdeling van tenten, dekens en verwarmingsfaciliteiten,” meldde het ISNA-nieuwsagentschap op 16 november."

Saturday, November 18, 2017

Iraanse staatskrant onthult: de actuele feiten en het nieuws over de aardbeving worden niet gepubliceerd



  16 november 2017 

Een staatskrant gaf toe dat

de actuele feiten en het nieuws over de aardbeving niet gepubliceerd worden

  16 november 2017 


Een staatskrant gaf toe dat regeringsfunctionarissen en media het publiek niet informeren over de feiten en het actuele nieuws over de situatie na de aardbeving in de westelijke provincies van Iran en de slachtoffers daarvan.
De staatskrant Jame’eh Farda (De Gemeenschap van Morgen) merkte de geheimhouding van het Iraanse regime op bij het mededelen van de statistieken en van echt nieuws betreffende de aardbeving, waarbij honderden mensen gedood werden en duizenden gewond, en schreef: “We verbergen de wreedheid van de natuur net zoals we de publieke opinie m.b.t. onze politieke mislukkingen misleiden.”
“Onbereikbare dorpen, afgesloten wegen, geblokkeerde communicatiemogelijkheden en verbijsterde overlevenden of families van de gevallen slachtoffers, jong en oud of kinderen, en het gebrek aan faciliteiten en aan deskundig management, de alleen op papier bestaande comités die met kritieke situaties moeten omgaan en hun publieksrelaties die erin bestaan de ware omvang van de ramp te minimaliseren, wat blijkbaar hun allereerste opdracht is (in plaats van de echte feiten over de aardbeving). Informeel nieuws en telefoontjes van de families (van de slachtoffers) vanuit afgelegen locaties wijzen vanaf het begin een catastrofe, een ramp als gevolg van de aardbeving,” schreef de krant.

Deze staatskrant haalt een ooggetuige uit de dorpen rond Salas Babajani (in de provincie Kermanshah, West-Iran) aan en schreef: “De meeste van deze dorpen  zijn voor 100% verwoest.  In een dorp met 35 huishoudens verloren 18 personen het leven en in een ander dorp met 50 huishoudens bleven er slechts 2 over.”
“De toestanden die ik hier zag zijn dezelfde als de beelden die we eerder gezien hebben in Aleppo en Idlib (Syrië) ... alle buitenmuren van het Mehr-wooncomplex  in de buurt van  Fouladi (Steel) zijn ingestort ...,” verklaarde een andere ooggetuige in Sarpol Zahab. “Het management van de hulpoperaties is erg zwak ... terwijl al deze gebouwen door naschokken helemaal kunnen instorten ....”
Volgens een ander bericht gaf Shahab Naderi, lid van het Iraanse parlement, toe dat er geen exacte cijfers over het aantal doden in Salas Babajani en Azgeleh beschikbaar zijn en dat de reddingsoperaties doorgaan.
“Helaas is 90 tot 95% van de huizen in Salas Babajani, Azgeleh, Jeygaran en Javanrood verwoest, en gezien de enorme omvang van de verwoesting volstaat de geboden hulp volstrekt niet ... de door de aardbeving getroffen bevolking in deze gebieden is talrijk terwijl de reddingsfaciliteiten mager zijn ... Maar er komt nog steeds meer hulp naar dit gebied vanuit spontane donaties dan van officiële zijde. De operatie om het puin te ruimen gaat nog steeds door,” gaf hij toe.
Deze parlementariër van het regime gaf ook nog toe dat de staatsmedia de door de beving getroffen regio’s negeerden en zei: “Terwijl de grootste verwoesting ooit in dit gebied plaatsvond, hebben de media er geen aandacht aan besteed.”
Van de andere kant heeft het Iraanse regime de doortocht van ongeautoriseerde voertuigen op wegen naar Kermanshah geblokkeerd en mensen belet de stad in te gaan die mede dankzij donaties hulp willen bieden aan aardbevingsslachtoffers.
De bevelhebber van het verkeerscontrolecentrum van het regime kondigde woensdag 15 november aan dat het voor alle ongeautoriseerde personenvoertuigen verboden is zich op wegen te bevinden die naar de provincie Kermanshah leiden.
Volgens op dinsdag 14 november 2017 ontvangen berichten blokkeerden inwoners van de door de aardbeving getroffen dorpen in de omgeving van Sarpol Zahab blocked de verkeersweg uit protest tegen het gebrek aan water en voedsel.
De berichten melden dat door de beving getroffen mensen zich verzamelden voor het politiebureau aan de Dalahou-weg naar Sarpol Zahab uit protest tegen het gebrek aan hulp- en reddingsdiensten.
Ondanks de aankondiging door de Iraanse autoriteiten dat ze ’s lands faciliteiten zouden mobiliseren om de door de aardbeving getroffen mensen in de westelijke provincies te helpen, wijzen berichten op de zwakte van de hulpoperaties.

Sommige media en sociale netwerken melden dat veel getroffen burgers op straat en in open ruimten slapen, en dat bij koud weer en al voor de derde opeenvolgende nacht. Dit betekent dat ze geen tenten als onderdak ontvingen.
Daarbij verkondigt de crisis-managementorganisatie van het Iraanse regime dat “er genoeg faciliteiten aanwezig zijn.”
Volgens recente cijfers van regeringsnieuwsagentschappen heeft de aardbeving van afgelopen zondagavond tot nu toe meer dan 500 mensen gedood en werden er 9000 gewonden naar een hospitaal gebracht.

Tuesday, November 14, 2017

Dringende oproep om slachtoffers van aardbeving in Iran te redden



13 november 2017
In diep medeleven met onze landgenoten die door een aardbeving getroffen werden in West-Iran, meer in het bijzonder in Qasr-e Shirin en Sar-e Pol-e Zahab, condoleren we vanuit ons diepste hart de rouwende families, die hun geliefden verloren hebben.
In deze moeilijke tijden, waarin alle Iraniërs bang zijn en zich zorgen maken over het lot van hen die onder het puin bedolven liggen, wordt het verdriet van het volk nog groter door de kwalijke rol van het klerikale regime bij dergelijke natuurrampen die erin bestaat zich onzichtbaar te maken en elke verantwoordelijkheid uit de weg te gaan in plaats van mensenlevens te redden






.