Wednesday, April 26, 2017

Oproep tot onmiddellijke vrijlating van mensenrechtenactivist – gevangen in Iran




MEP
MEP Kelam roept op tot onmiddellijke vrijlating van Hengameh Shahidi, journalist, vrouwenrechtenactivist en adviseur van Mehdi Karroubi-Vrouwenzaken, die onwettig gearresteerd en gevangengezet werd in de Evin-Gevangenis op 10 maart 2017. Shahidi bevindt zich al 25 dagen in hongerstaking, waarvan de laatste 4 dagen ook zonder drinken, zodat haar toestand intussen erg kritiek is. Hel laatste contact met haar familie was op 1 april, toen ze haar familie om vergiffenis vroeg voor elk eventueel door haar berokkend leed en hen verzocht haar aan hen gerichte laatste woorden als haar "Laatse wilsbeschikking en testament" te beschouwen en haar lichaam als orgaandonor ter bechikking te stellen.
Laatste wilsbeschikking en testament van Hengameh Shahidi:
"Dit is de 24e dag van mijn hongerstaking, zonder voedsel en medicijnen, en de laatste paar dagen ben ik ook gestopt met drinken, dus zelfs geen water of thee. Ik vraag iedereen om vergiffenis, samen met het verzoek in het wit gekleed te gaan en het beroemde lied “Morgh-e Sahar” (Vogel van de Dageraad) voor mij te zingen. Ik heb ook een twee pagina’s omvattende Laatste Wilsbeschikking en een testament geschreven, die ik aan mijn ondervragers heb gegeven met het verzoek deze aan mijn familie te geven.
Ik heb geen gelegenheid gehad een organ-donor-kaart in te vullen, voor het geval dat na mijn dood enig orgaan van mij iemand zou kunnen helpen. Indien mijn lichaam zijn laatste dag in deze gevangenis of in het mortuarium alhier doorbrengt, is het aan de autoriteiten, zoals daar zijn de Openbare Aanklager, de Rechtbank en het Inlichtingenministerie of de President, om voor het donorschap van mijn organen te zorgen.
Ik heb niets meer te verliezen en ik heb geen misdaden begaan. Als ik sterf, kunnen geen beschuldigingen tegen mij ingebracht worden daar ik niets misdaan heb, en daarom accepteer ik ook geen aanklachten. Als iemand terechtgesteld wordt op beschuldiging van moord, en in de dodencel op de doodstraf wacht, krijgt hij/zij altijd  toestemming om zijn/haar familie te ontmoeten; maar mij, zelf niet schuldig aan enig misdrijf, werd zelfs dit simpele recht geweigerd, zodat ik mijn familie niet meer kan zien. Helaas zal ik niet langer vragen mijn familie te mogen zien, daar ik volgens mij niet veel langer te leven heb..
Ik kan niets meer horen, en niemand van de ziekenafdeling van de gevangenis mag mij opzoeken. Mijn hart is erg verzwakt en ik ben niet langer in staat om te lopen.; ik kan me alleen verplaatsen door in mijn gevangeniscel rond te kruipen. Ik denk dat ik nog maar 4 of 5 dagen te leven heb, en ik heb jullie reeds verteld wat ik mijn ondervragers in de Evin-Gevangenis toevertrouwd heb.
Ik vraag al mijn vrienden en familie om vergiffenis.”

No comments:

Post a Comment