Wednesday, October 19, 2016

Dringende actie: Homa Hoodfar bevrijd na wereldwijde campagne




 
STFA  De Canadees-Iers-Iraanse burger Dr Homa Hoodfar, een vooraanstaand professor in de antropologie, werd op 26 september vrijgelaten en vloog vanuit Iran naar Oman. Ze had in eenzame opsluiting gezeten in de Evin gevangenis in Teheran sinds haar willekeurige arrestatie op 6 juni
De Canadees-Iers-Iraanse burger Homa Hoodfar, een 65 jarige gevangene om het geweten, voor wie Amnesty International campagne heeft gevoerd vanaf haar arrestatie op 6 juni, werd vrijgelaten uit de Evin gevangenis in Teheran op 26 September en vloog naar Muscat in Oman op diezelfde dag.
De woordvoerder van de gerechtelijke instanties, Gholamhossein Mohseni Eje'I vertelde op 28 september aan journalisten dat Homa Hoodfar werd vrijgelaten na het betalen van een borgsom van vijf biljoen rials (US$ 159.000).
Het nieuws met betrekking tot haar vrijlating werd openbaar gemaakt op 26 september, toen Iraanse staatsmedia rapporteerden dat het Ministerie van Buitenlandse Zaken bij monde van woordvoerder Bahram Ghassemi tijdens de wekelijkse persconferentie meldde dat Homa Hoodfar was vrijgelaten op “humanitaire gronden, zoals [haar] ziekte” en dat ze via Oman naar Canada zou terugkeren.
Bahram Ghassemi zei ook dat  de Iraanse minister van Buitenlandse Zaken, Mohammad Javad Zarif en zijn Canadese tegenhanger, Stéphane Dion, elkaar hadden ontmoet op 21 september in de coulissen van de verenigde vergadering van de VN in New York, waar ze de “wederzijdse relaties, regionale issues, en ambassadeurszaken” bespraken.
Hij zei dat deze ontmoeting onderdeel was van een plan om de gespannen verhoudingen tussen beide landen te normaliseren.
Canada heft geen diplomatieke vertegenwoordiging in Iran meer gehad sinds 2012, toen de Canadese ambassade in Teheran werd gesloten.
In een statement van 26 september zei Canada’s eerste minister, Justin Trudeau, dat, in de periode dat Canada niet werd vertegenwoordigd in Iran, Canada nauw had samengewerkt met Oman, Italië en Zwitserland om Homa Hoodfar’s bevrijding zeker te stellen.
Hij zei ook dat hij erkentelijk was voor de medewerking van de Iraanse autoriteiten, die haar bevrijding en repatriëring mogelijk maakten.
Homa Hoodfar, die vermaard is om haar academische werk met betrekking tot mensenrechten- en vrouwenzaken, ontwikkeling en electorale politiek, reisde op 11 februari naar Iran om haar familie te bezoeken en research te doen naar het vrouwenstemrecht sinds 1906.
Na haar arrestatie werd ze in eenzame opsluiting gehouden en ondervraagd zonder dat er een advocaat aanwezig was.
Er werd slechts één ontmoeting met haar advocaat toegestaan en ze had slechts zeer beperkt contact met haar familie.
De gerechtelijke autoriteiten weigerden om de voortgang van haar rechtszaak te delen met haar advocaat en deelden hem alleen mondeling de tenlasteleggingen mee, onder andere “het verspreiden van propaganda tegen het systeem” en “het samenspannen met vijandige regeringen”.
Op 24 juni 2016 stelde de Openbaar Aanklager van Teheran dat Homa Hoodfar’s rechtszaak van doen had met “het zich bezig houden met zaken betreffende feminisme en aanvallen op de nationale veiligheid”.
Staatsmedia publiceerden ook artikelen waarin werd geclaimd dat ze “de Iraanse agente was die bezig was met het opbouwen van een feministisch netwerk”.
Deze artikelen claimden dat haar werk met de organisatie “Vrouwen Onder Moslim Wetten” inhield dat ze het feminisme en de gelijkheid van vrouwen in Moslimlanden en de autonomie van het vrouwenlichaam zou bevorderen, waarbij ze de “publieke orde zou verstoren” en “de weg banen voor sociaal culturele veranderingen die zouden leiden tot een geruisloze coup”.
Haar rechtszaak werd gehouden voor afdeling 15 van het Revolutionaire Hof in Teheran, maar het blijft onduidelijk of de aanklachten tegen haar nu zijn vervallen.
Amnesty International beschouwde Homa Hoodfar als een gevangene om het geweten, die uitsluitend om het vredelievend uitoefenen van haar rechten op vrijheid van expressie en vereniging, riep op tot haar directe en onvoorwaardelijke invrijheidsstelling.
De organisatie mobiliseerde tienduizenden leden om in actie te komen, hetgeen resulteerde in het verzamelen van meer dan 50.00 handtekeningen voor een petitie betreffende het vrijlaten van Homa Hoodfar’s, die naar de Iraanse autoriteiten werd verzonden.

No comments:

Post a Comment